Waddencowboys


Omdat maatje Bo een druk werkend leven heeft, komen we samen vaak niet veel verder dan het Wad tussen Lauwersoog en Schiermonnikoog. Ook al omdat hij nog lang niet is uitgegeken op het eiland. Ik trouwens ook niet ondanks mijn aanzienlijk groter aantal bezoekuren. Van verveling is geen sprake want het veranderlijke Wad maakt zo'n trip altijd weer verschillend van de vorige. Dat gaat dan ongeveer zo:

Na zijn vertrek uit Zoutkamp en het mijne uit Dokkumer Nieuwe Zijlen ontmoeten we elkaar in 't Booze Wijf, de voormalige gemeentehaven van Lauwersoog. Daar worden we ontvangen door havenmeester Herman die ons in onze gezamenlijke liggeldrekening betitelt met de Waddencowboys, een benaming die door ons als eretitel wordt beschouwd.
klik In de haven ontmoeten we Michel Maartens die in een prachtig Natuurlijk Bootje is aan komen roeien. We wisselen wat ervaringen uit. Michel denkt erover na de sluis stuurboord uit te gaan richting Simonszand of zo. Wat doet het er toe, we ontvluchten eigenlijk alleen maar de hitte en zoeken de verkoeling op. Het is zeer warm, we zitten midden in een hittegolf. Wij besluiten de nacht in de haven door te brengen en ik ga nog even langs bij Joop Kuik mijn zeilmaat van Symon den Danser , die met zijn scheepje klaar ligt in de haven hiernaast om zijn zoveelste Collin Archer race te gaan zeilen. Zoals altijd wordt ik door hem begroet met: 'ha maatjuh' en al gauw wordt er geboomd over snelle en minder snelle bootjes, over radar reflectors, over dieptemeters, stuurautomaten en GPS (nog steeds niet in de kuip van Symon!) en zelfs over airco's, maar die hebben we vooral thuis aan de wal en niet aan boord. Als we elkaar veel geluk wensen zie ik aan Joop zijn snuit dat we hetzelfde denken. Zouden we ooit nog eens samen zeilen? Ik hoef het hem nauwelijks te zeggen: "Eerst GPS in de kuip in plaats van alleen in de kajuit, ome Joop, anders red ik het niet zonder zeeziekte."

De volgende ochtend, na een prima douche op de camping en een ontbijt aan boord vertrekken we en na benzine tanken bij Jansma's duikbedrijf -de enige in de buurt die nog loodvrije benzine verkoopt- sukkelen we de zeesluis in. Het is niet druk op donderdag. Dat is in het weekeinde wel anders. De wind is vlagerig NO 4-5. Eenmaal op het Wad blijkt Schiermonnikoog met HW nèt niet bezeild te zijn maar dat maakt het alleen maar interessanter. En natter. Althans in mijn Cruiser. Het lijkt wel alsof Mr. Bo, een Coaster, droger zeilt. Of ligt het misschien aan de zeilvoering? Mr. Bo heeft de originele tuigage. Dat wil zeggen, geen uithouder en een ingewikkelde schootvoering. Chim heeft wel een uithouder waardoor het grootzeil effectiever is. Ondanks het feit dat we allebei een rif in het zeil voeren moet ik erg opletten geen water te scheppen. Bo heeft er geen last van wat er mogelijk op duidt dat een grootzeil met losse broek de vlagen soepeler opvangt. Maar een giek of uithouder maakt het scheepje wel sneller. Chim loopt Mr.Bo dan ook steeds langzaam maar heel zeker voorbij.
klik In het Zoutkamperlaag kruisen we het zog van een grote, tegen de wind opstomende platbodem die verdacht veel op de Voorwaarts-Voorwaarts lijkt. Ik kan de naam niet onderscheiden. Zusterschip? Geschilderd, maar nog niet de naam?
Over het Brakzand varend houd ik, uit een ooghoek naar de fishfinder loerend, de diepte in de gaten. Varieert mooi tussen de meter en 1m20. Bij het kruisen van het Brakzandergat is het opvallend te zien dat binnen twee seconden de diepte van 1m naar 9m verspringt.
klik We zijn van plan op de Siegewal voor anker te gaan om bij LW naar oesters te kunnen zoeken. Ze moeten net buiten de geul noord van de twee gele kabeltonnen te vinden zijn maar we gaan een flink eind hoger liggen omdat we dan langer van het LW kunnen profiteren. Het hoofddoel is tenslotte het eiland dat Bo verder wil verkennen. Het volgende LW is een stuk lager maar morgen overdag is het een paar cm hoger dus dan zouden we gemakkelijk weer vlot moeten kunnen komen. Tenzij er een harde oostenwind opsteekt, dan zou het wel eens een probleem kunnen worden omdat oostenwind HW verlaagt. Dat zou niet leuk zijn want Bo moet komende week weer de wereld over voor zijn werk. Nou ja, hij houdt wel van een beetje risico. In 40cm water gaan we, precies op het tijdstip van HW voor anker. Alles wordt klaargemaakt voor de komende nacht en nog voordat onze bootjes helemaal zijn droog gevallen stappen we uit op weg naar het dorp.

klik Het loop-tempo van mijn zeilmaatje is aanzienlijk hoger dan dat van mij, ook al houdt hij zich in. Ik kom dus behoorlijk bezweet in het dorp aan en val neer bij van der Werff voor een koude pils, Bo in mijn kielzog meeslepend. Daar bespreken we de plannen voor de komende dagen. Voor de rest van de dag staan een snelle strandwandeling (hij) en een slenterpartij door het koele bos (ik) op het programma, gevolgd door een gezamenlijk bezoek aan een etablissement waar buiten in de schaduw gegeten kan worden. Aldus besloten, aldus gedaan.
Het etablissement blijkt, evenals de vorige keer dat ik er over schreef, een goede keuken te hebben. Maar wat de voorganger van Tante Zwaantje presteerde gebeurt nu wéér. We willen aan een tafeltje in de schaduw zitten maar alle tafeltjes in de schaduw zijn 4 persoons. Daarom worden we verzocht naar een piepklein tafeltje in de felle zon te verhuizen. De grote tafels zijn kennelijk voor het grote geld. Ik heb geen zin in ruzie en stel voor om maar te verhuizen maar Bo moet wel tien minuten mijn treurzang over dit in mijn ogen klantonvriendelijk gedrag aanhoren. Hij sust mijn opwinding maar, oh gerechtigheid, hij heeft de volle zon in z'n snuffert, begint luidruchtig te zweten en wil naar de concurrentie. Nu is het mijn beurt om te sussen. De 4 persoons tafeltjes zijn, net als de vorige keer, de hele avond voor nog niet de helft bezet geweest.
Al met al hebben we een aangename avond, we praten vooral over bootjes en Bo's ophanden zijnde aanschaf van de Arnemuiden-1, waar ik ongetwijfeld in de toekomst nog over zal vertellen, en besluiten met een Irish Coffee o nee met een Dokkumer Coffee want we kwamen er net op tijd achter dat er bij Tante Zwaantje Schotse whiskey in de Ierse koffie wordt geserveerd en liefhebbers zullen beamen dat dat minder geslaagd is.

klik De terugweg naar onze bootjes gaat, vanwege ons verschil in loopsnelheid, wederom apart. Bo via de jachthaven, ik rechtstreeks door de duinen. Als hij mij, liggend in een warme zanderige duinhelling, half in slaap in de avondzon voorbij loopt kan hij het niet laten mij met een veldwachter-achtig geblaf te wekken. Mijn hart blijkt de komende adrenalinetesten nét te kunnen weerstaan en, min of meer wakker, sukkel ik achter hem aan naar huis. Naar Chimera bedoel ik. Nou ja da's hetzelfde.
Onze bootjes liggen prachtig in de avondzon op hun droge plekjes. Héél droge plekjes, zoals voorspeld. Het water komt deze nacht niet eens bij onze Drascompjes en dat geeft Bo te denken... Wat als het volgende tij wéér niet bij de bootjes komt?
'Dan mis ik mijn vliegtuig.'
'Maak je geen zorgen', leg ik hem uit, 'het volgend HW is zelfs een paar centimeter hoger dan gisteren. Dat het vannacht niet zo hoog kwam is heel normaal, dat gebeurt elke dag en nacht, de ene keer hoog de volgende keer minder hoog.'
'Nooit geweten', mompelt hij, 'hoe weet je dat eigenlijk?'
'Nou gewoon, staat in de getijdentabel', verklaar ik nogal schaapachtig.
'Ja jemig, maar hoe kómt dat, hoe verkláár je dat?'
'Heb ik me ook al eens afgevraagd. Op internet gezocht. Niet gevonden.'
En de komende dagen blijft het onderwerp hem intrigeren: 'Het verschil is ook niet zo'n klein beetje. Hoe zou dat nou te verklaren zijn?'
''t Is altijd 's nachts lager, misschien komt het omdat de maan altijd met zijn zelfde snuffert naar ons toe staat', probeer ik. We komen er niet uit en een week later, als Bo weer van zijn vliegreis terug is, is zijn eerste telefonische vraag: 'weet je het al, van dat hoog water?' Ik moet bekennen van niet. Maar dan ga ik echt op zoek. Op bijna elke getij-site wordt het fenomeen gemeld maar een begrijpelijke uitleg vind ik niet. Zelfs niet op de site getij.nl. Totdat ik een werkstuk van een leerling van het Haags Montessori Lyceum tegenkom. Janneke Schuurman heeft in 2001 een werkstuk hierover geschreven en daarin noemt ze het verschijnsel niet alleen, ze legt het ook uit. Heel eenvoudig. Voor eenvoudige mensen zoals ik.

De twee hoog- en laagwaters op één dag verschillen van hoogte. Dit komt doordat de watermassa zich naar de maan richt. Terwijl de aarde één keer om zijn as is gedraaid, is de maan een stukje verder in haar baan opgeschoven. Omdat de baan van de maan ellipsvormig is, staat de maan niet altijd even ver weg van de aarde. De kracht van de maan is dan ook niet altijd even groot. Dat de hoogwaters en laagwaters op één dag van hoogte verschillen, wordt dagelijkse ongelijkheid genoemd.

Eenvoud is het kenmerk van het ware. Zo leer je nog eens wat van een leerling. Knap hoor Janneke!
Voor degene die het hele werkstuk wil zien is de link er naartoe.

Terug naar de Siegewal.
Wat gaan we doen. Zoeken naar oesters, mossels en kokkels. Waar? Hier of op het Wierumer Wad? We besluiten hier te blijven want het hoofddoel van deze trip is nog steeds het eiland zelf. We besluiten zelfs het comfort van de haven op te zoeken. Het resultaat van de zoektocht naar oesters beschreef ik al op 20 juli. We vonden wel wat mossels en nog te kleine kokkels maar een volgende trip zal naar het Wierumer Wad gaan in de hoop ze daar in het zand in plaats van in het slik aan te treffen.
In de haven vindt Mr.Bo een mooie box maar Chim moet langzij als nummer drie. Het is lang geleden dat ik zo gelegen heb. 't Is ook weer even wennen maar de geruisloze overstap naar het voordek van de buurman ben ik nog niet verleerd. Eerst beide voeten op twee schepen plaatsen, het gewicht langzaam van de ene voet naar de andere verplaatsen, dan overstappen. Zo merken de meeste opvarenden niet eens dat je overstapt.
klik Aan de rits jachtjes vóór mij komt ook een Drascombe te liggen. Het is een bijzondere. Bijna geen zeilboot meer maar een motorboot. 25 pk hangt er achter en zit vast aan een heus stuurwiel voorin de kuip! Da's niet mis. In mijn ogen maakt die 25 pk de boot wel wat overpowered (heel even dacht ik dat het misschien 2½ pk was) maar er zal best een reden voor zijn en die wil ik weten. Op een gunstig moment mag ik even op het voordek van de buurman van drascombe-zwerver gaan zitten om een praatje met de schipper en zijn vrouw te maken. Ze hebben hun scheepje nog niet zo lang geleden van een Duitser gekocht die de boot volledig als snelle visboot heeft ingericht. Een aantal vis-attributen zijn verwijderd maar de knol van een motor en het stuurwiel zijn gebleven. Toch valt het benzinevebruik erg mee wordt mij verzekerd maar ik kan het niet laten de suggestie te doen hem in te ruilen voor een 8pk-2cyl-4takt die, naar mijn bescheiden mening een stuk zuiniger, geruislozer en schoner moet zijn terwijl een werkschroef er voor kan zorgen dat ook onder zware omstandigheden de rompsnelheid gehaald kan worden. Ach ja, ik ben nu eenmaal een 4takt-freak. Mijn verhaal wordt met vriendelijke welwillendheid aangehoord maar ik heb niet de indruk dat er morgen direct ingeruild gaat worden.
De vorige eigenaar moet een welhaast professionele klusser zijn geweest want er is een ingenieus kajuitdeurtje gefabriceerd dat als een harmonica openvouwt en dat prachtig oogt terwijl het ruimteprobleem door deze constructie in één klap is opgelost. Ook de twee opbergvakken onder de kuipbanken zijn simpel maar degelijk afsluitbaar gemaakt. De zelfgemaakte buiskap is met een fraaie houten lijst aan het kajuitdak bevestigd.
Wat je er ook van mag denken -onze Natuurlijk Varen vrienden zullen waarschijnlijk grommen van afkeuring- in mijn ogen is het een prachtig scheepje dat met veel liefde is verzorgd en aangepast. Het is precies hetzelfde model als Chimera en moet dus rond de 35 jaar oud zijn en dat is welhaast ongelofelijk. Chapeau!

Intussen krijgen we te horen dat Michel in het Noordergat de uittocht van de Collin Archer racers gadeslaat. Dat zal wel een leuk gezicht zijn, al die bootjes. Bo wil direct naar het strand om dat te bekijken maar mij is het te warm. Ik blijf in het dorp en omgeving. Het op een na oudste huisje van Schier roept om aandacht. Net zo mooi, zo niet mooier dan het oudste. Ook is het heerlijk om in het tweedehands boekwinkeltje rond te snuffelen. Ooit heb ik daar een collectors item van Simenon op de kop getikt en nu vind ik er een heerlijke schelmenroman van Johan Fabricius. Van dit winkeltje geniet ik altijd volop. Als er ook nog wat oude spulletjes te koop waren geweest zou het sterk lijken op het winkeltje in nineteen eighty four van George Orwell. Al snuffelend laat ik mijn fantasie in de oase van rust vrijelijk de loop totdat een luidruchtig Amsterdams echtpaar mij terugsmijt in de werkelijkheid. Gelukkig kunnen ze mijn nostalgische gevoelens niet de kop in drukken en slenter ik, duimen onder de schouderriemen van mijn rugzak, terug het dorp in op weg naar de plaatselijke bibliotheek die bij wijze van experiment op zaterdag van 10 tot 12 geopend is om daar de laatste Waterkampioen te lezen.
Ik ben mij er van bewust bezig te zijn met een zeer burgerlijk dagje Schier maar geloof me, ik geniet net zo intens als tijdens de zeiltochten in het Westgat waar het er zo ruig aan toe gaat dat ik vrees te zullen verzuipen. Ik houd van tegenstellingen.

De volgende ochtend genieten we nog even van het huifkar-sanitair van de jachthaven alvorens met windje 4-5 richting Lauwersoog te vertrekken. Hoe zal het er hier volgend seizoen uitzien? Een plaatselijk Natuurlijk Varen Drascombe schippertje probeert ons te verleiden een handtekening te zetten onder een protestbrief die wegens horizonvervuiling moet voorkomen dat er een nieuw havenkantoor komt. Als ik nadere informatie over het nieuwe kantoor annex clubhuis vraag, bijt hij me toe: 'Wat moet je nou nog meer weten? Je ziet toch dat dit niet kan!'
Ik zie helemaal niks en bovendien bijt ik terug dat de eilanders dat beter zelf kunnen bepalen en niet de passanten. Ik heb het bij hem verbruid en concentreer me op een veel vrolijker toneeltje. Twee meiskes hebben zich met slik ingesmeerd en willen een pantomime voorstelling à la Pierrot op de Dam geven. Het ziet er vertederend veelbelovend uit maar helaas roept het getij ons. Wegwezen anders hoeft het niet meer. De charme van de Wadden.

Ik waag een experiment met Chimera. Er staat wind 4 tot 5. Eén rif is dus genoeg. Ik steek een tweede rif.
And guess what! Chimmetje zeilt net zo snel. 5½ knoop tot 6. Schept alleen geen water meer, ook niet op het korte stuk Brakzandstergat, scherp aan de wind.
De terugweg over het Brakzand is herenzeilen. Knik in de schoot. Cliché, ik weet het, maar het is waar. Ik zal het je bewijzen. Met mijn nieuwe cameraatje neem ik een filmpje. Hier istie. Klik op de foto hiernaast dan zie je het zelf. [Zet de viewer op 'repeat']
Herenzeilen met twee riffen... het duurt veels te kort!

Beetje anti climax is de sluis. Zondagmiddag. Druk. Ingehouden dringen. Drascombes kunnen er altijd tussen. Ervaren schippers en sluiswachters zien dat. Heetgebakerde westerlingen niet. Een zenuwachtige "grote jongen" bijt Bo toe: 'wegwezen, daar ga ik liggen!' Ongelofelijk maar waar. Hij zei het woordelijk.
In rustig Spakenburgs wordt hij door Mr.Bo terecht gewezen...

Als slot van deze aangename dagen checken Bo en ik nog even het nieuwe clubhuis 't Roode Hoofd van jachthaven Robbengat uit. Het passantengeld blijkt daar opnieuw goed besteed te zijn. De snoevende opmerking onzerzijds 'als eerste' weer terug van Narvik te zijn lijkt even met verbazing geloofd te worden. Nou ja, heel even maar.

Op het Lauwersmeer blijven we in elkaars zicht totdat de een het Stropersgat in duikt en de ander het Dokkumerdiep.
Vaarwel Mr. Bojangels.
Vaarwel Chimera.
-oOo-

web
analytics